Protesten zijn symptoom van culturele crisis
Zo’n glasheldere analyse van de maatschappelijke onrust van de afgelopen decennia ben ik nog niet eerder tegengekomen: ‘Zo lang iedereen min of meer kan aanvoelen wat wel en niet kan, wat goed is of fout, heb je weinig regels nodig’, schrijft NRC-columnist Caroline de Gruyter. ‘Eeuwenlang was de westerse cultuur redelijk onbetwist. Door die gedeelde cultuur had de samenleving gedeelde waarden, referenties, filosofie, gebruiken, mythes, liederen, gezegdes, kunst. Sinds de jaren zestig is dit houvast verzwakt: door de individualisering, het internet, financiële globalisering en het gebruik van attributen of gewoontes buiten hun culturele context (b.v. Japanse manga’s als commercieel product, vrienden op TikTok in plaats van in je wijk) bestaat er steeds minder een gedeelde werkelijkheid. Haast iedereen voelt zich nu een bedreigde minderheid, ook witte Europeanen die ver in de meerderheid zijn. Het gemeenschappelijk belang verwatert. En wat doet een samenleving zonder impliciete cultuur, codes en waarden? Die gaat regels maken om dingen te verduidelijken en conflicten te voorkomen. Wat ooit impliciet was, wordt nu hardop geformuleerd. Wat er aan gedeelde cultuur overblijft is behoudend, niet vernieuwend (want alles is controversieel) en legt de nadruk op wat wás. Een crisis van de cultuur zelf dus: maatschappelijk dynamiet, dat vraagt om op zoek te gaan naar maatschappelijke raakvlakken.’
Bron: NRC 11 mei 2024 – Caroline de Gruyter: ‘Protesten zijn symptoom van culturele crisis‘, gebaseerd op ‘The Crisis of Culture; Identity Politics and the Empire of Norms‘ van Olivier Roy.